In ons vorige blog van 19 april jongstleden heeft de Rechter in de procedure aangegeven dat er sprake was van wanprestatie bij het geven van een pensioenadvies. Dit geeft voor de benadeelde ruimte om een schadevergoeding te eisen. De hoogte van een dergelijke schadevergoeding wordt in een zogenaamde schadestaatprocedure bepaald. Slechts de omvang van de schade alsmede enkele verweren met betrekking tot schadebeperking aan de zijde van de benadeelde, komen in deze procedure aan bod. Voor verwijzing naar de schadestaatprocedure is niet noodzakelijk dat reeds duidelijk is dat schade is geleden. Voldoende is dat de mogelijkheid van schade aannemelijk is. Dit is in onderhavige casus het geval.
Bepalen van de hoogte van de financiële schade
De benadeelde lijdt dus schade. De vraag is echter hoeveel? Hoe bepaal je de hoogte van een dergelijke schade? Hieronder enkele aanknopingspunten:
- Wanneer de onderneming verplicht was aangesloten bij het BPF zou er minder ruimte overblijven voor overige beloningen voor het personeel;
- Kan de onderneming de hogere lasten van het pensioen doorberekenen in haar eindproduct aan een consument?;
- Is de toezegging van het verzekerde pensioen actuarieel gelijk aan de toezegging van de pensioenregeling in het BPF?;
- De onderneming heeft schade beperkend gehandeld door met het BPF nadere afspraken te maken. Onder andere door het BPF te vrijwaren van claims van (ex) werknemers of hun nabestaanden.
Het voorkomen van problemen voor het BPF
Het laatste punt, het schade beperkend handelen van de werkgever, kan nadelig zijn voor de (ex) werknemer. Het is denkbaar dat een pensioenuitkering bij de betreffende verzekeraar lager uitvalt dan bij BPF Zoetwaren. De (ex) werknemer of haar nabestaanden lijden schade. Dit kan een reden zijn om een claim in te dienen bij het pensioenfonds en/of werkgever.
Schikking over toekomstige schade
Tot op heden heeft kennelijk geen van de vertrokken werknemers een claim ingediend bij de onderneming, noch bij BPF Zoetwaren. In die zin lijkt met name sprake te zijn van eventuele toekomstige schade. Dit beperkt de mogelijkheid om in de schadestaatprocedure de omvang van de (eventuele) schade vast te stellen. Partijen kunnen in dat licht de voorkeur geven aan het treffen van een schikking.
Wilt u met een actuariële berekening de mogelijke schade bepalen die een verplichte aansluiting bij een BPF met zich meebrengt? Neem dan contact met ons op.