Pensioenfondsen gaan actief op jacht naar bedrijven die onder hun verplichtstelling vallen. Een veelvoorkomende situatie is dat een onderneming direct wordt aangesproken door een bedrijfstakpensioenfonds (BPF). Die schakelt zijn pensioenadviseur in over wat dit betekent. De pensioenadviseur kruipt in de rol van tussenpersoon en gaat verder contact aan met het BPF.
Details van de onderneming
In dit geval kijken we naar een onderneming die motoren verkoopt, de volledige omzet is hiervan afhankelijk. De onderneming importeert de motorrijwielen uit Amerika en verkoopt deze door aan handelaren. In totaal werken hier zeven personeelsleden, waarvan er drie de motoren inspecteren, kleine reparaties uitvoeren en de motoren een onderhoudsbeurt geven.
Contactmomenten
De pensioenadviseur belooft de ondernemer de zaak op te lossen, want volgens diegene is er niks aan de hand. Het contact met het BPF verloopt telefonisch, waarbij de pensioenadviseur duielijk maakt dat het pensioenfonds een onterechte aanschrijving heeft gedaan. Vanwege de aard van de onderneming concludeert de pensioenadviseur dat het een motorfietsengroothandel betreft, waar geen pensioenfonds voor geldt.
Het pensioenfonds bezoekt de onderneming en blijft bij zijn standpunt. Doordat de overige werkzaamheden zoals administratie en verkoop in gelijke verhouding moeten worden toegerekend naar de onderhoudswerkzaamheden blijkt het bedrijf toch (met terugwerkende kracht) onder pensioenfonds PMT te vallen. Vervolgens legt het pensioenfonds met terugwerkende kracht de nota op en vraagt een verklaring voor recht bij de kantonrechter dat de onderneming moet aansluiten. De kantonrechter is het eens met de visie van het fonds en verklaart het vonnis bij voorbaat uitvoerbaar.
Op grond van zijn uit art 7:401 BW voortvloeiende zorgplicht had de adviseur al moeten checken of de onderneming verplicht was aan een pensioenfonds deel te nemen. De hieruit voortvloeiende schade (niet te verhalen bijdrage van de deelnemers en verschil tussen niet afgedragen premie en verschuldigde inkoopsom) lijkt mij dan ook voor rekening van de adviseur te komen.
Geen premie, wel recht op pensioen
In de media klagen ondernemers en adviseurs regelmatig over de honger van pensioenfondsen om ondernemingen aan te sluiten. Pensioenfondsen hebben echter geen keuze, hier geldt het principe ‘geen premie, toch pensioen’. Juist door dit niet voldoende te onderkennen raken ondernemingen in de problemen.